Cobouw-column: Kijk verder dan je ‘bouwwerk’ lang is
Deze zomer reed ik met het gezin over de Balkan. Van het groene Slovenië, naar de azuurblauwe zee van Kroatië, langs de spectaculaire bergen van Montenegro en de culturele stadjes in Albanië. De volgende vraag kwam bij mij op: ‘Zijn deze uitgestrekte landen, met al die bergen en natuurschoon, eigenlijk een soort van compensatie voor ons dichtbevolkte en geïndustrialiseerde land?’
We hebben de transitie ingezet van een weggooibranche naar een circulaire bouweconomie. We zien inspirerende voorbeelden van hergebruikte bruggen op de Floriade, een emissieloze bouwplaats bij de verzorgingsplaats Kloosters in de A58 en asfaltlagen waarbij tot 80 procent recycling kan worden toegepast. Een veelbelovende start, maar helaas heeft nog maar een fractie van onze bouwwerken zo’n innovatief label.
In een onderzoek van TNO las ik: ‘als we al ons bouwafval zouden hergebruiken (B&U-sector), dan komen we nog een factor 3 á 4 tekort voor de vraag naar bouwmaterialen in 2030’. Dat is een schokkende bevinding, omdat we zelfs met maximaal hoogwaardig hergebruik onze ambities niet gaan redden. De vraag naar woningen en infrastructuur lijkt harder te stijgen dan de verduurzaming op dit moment aankan. Het moet dus echt over een andere boeg.
En natuurlijk, wij kunnen die ruimte op de Balkan niet zien als onze compensatie. We zullen onze transitieopgaven zelf lokaal moeten oplossen. Het is voor ons vooral de uitdaging om slimmer met ruimte om te gaan. Circulair ontwerpen wordt daarmee mede een ruimtevraagstuk, waarbij de bouw-, energie-, klimaat- en voedseltransitie een integrale opgave zijn.
We kunnen bijvoorbeeld ruimte besparen door in plaats van vlees, meer plantaardig te gaan eten, waarbij boeren bouwmaterialen kunnen oogsten en energie opwekken. Het woningtekort kunnen we verminderen door biobased hoogbouwprojecten, gebouwd met reststoffen van de bouw en geoogste materialen van het platteland. We moeten voor een circulaire bouweconomie verder kijken dan de bouwsector alleen!
Maarten Schäffner, Brancheambassadeur voor Koninklijke NLingenieurs, werkzaam voor ingenieursbureau Witteveen+Bos en lid van het Transitieteam Circulaire Bouweconomie.