Op 17 februari is de Actieagenda Wonen gelanceerd. In tien jaar tijd moeten er één miljoen extra  woningen worden gebouwd om aan de vraag te voldoen. Als bestuursvoorzitter van Koninklijke NLingenieurs heb ik de Actieagenda Wonen vol overtuiging getekend. Daarbij dacht ik terug aan de Crisis- en herstelwet die, nu elf jaar later, nog steeds in werking is en waarmee al veel woningbouwprojecten versneld zijn gerealiseerd.

Die Crisis- en herstelwet heb ik destijds als Raadadviseur op het ministerie van Algemene Zaken gemaakt met een team van drie juristen in opdracht van de toenmalige minister-president: Jan Peter Balkenende. De wet is in een half jaar gemaakt en trad een half jaar later, nadat deze met een ruime meerderheid was aangenomen in de Tweede en de Eerste Kamer, in werking. Zo kwam de Crisis- en herstelwet precies op het juiste moment. Toen was dat nodig vanwege de economische crisis, nu is een soortgelijke oplossing nodig vanwege de woningcrisis.

Hoe kon die Crisis- en herstelwet zo snel tot stand komen? De lessen die uit de werkwijze gefilterd kunnen worden, zijn dat de minister-president zelf opdrachtgever was. Dat er snel nieuwe samenwerkingen ontstonden om de wet te maken en de lijnen ultrakort waren. De urgentie maakte ons samen creatiever en er werden sneller onconventionele beslissingen genomen.

De woningcrisis vraagt ook om zo’n benadering. We hebben nu weer een minister-president óf minister van Wonen (en Leefomgeving) nodig, die zelf opdrachtgever is. Die direct aan de slag kan met de door 34 organisaties gezamenlijk bepaalde richting, adviezen en inhoud van de Actieagenda Wonen. De ingenieursbranche en de partners van de Actieagenda Wonen weten waar het wringt en wij gaan graag samen met het Rijk aan de slag om te werken aan de ontwikkeling en bouw van de woningen, waarbij we de kwaliteit van wonen en de duurzame productie niet uit het oog verliezen. Van de overheid vragen wij nieuwe beleidsmaatregelen, meer financiën en meer regie.

Laten we voor een effectief integraal plan de snelheid van de ontwikkeling van de Crisis- en herstelwet als bron van inspiratie nemen. Wie wat bewaart, die heeft wat. We hebben eerder laten zien dat het kan, laten we dat nu weer doen! Ik ben aan boord.

Carla Moonen, bestuursvoorzitter Koninklijke NLingenieurs